Het paard maalt zijn eten voordat het de fijngemalen voedselbolus doorslikt, hoe verder de prop voer in zijn mond komt, hoe fijner het voer gemalen word. De maalbeweging is een cirkelvormige beweging van de onderkaak. Hierbij gaat de onderkaak van centraal naar buiten, naar voren, naar binnen en weer terug. Je kunt je vast voorstellen dat door deze bewegingen waarbij het boven en onder gebit elkaar raakt er slijtage aan de tanden en kiezen ontstaat. Paarden hebben hyposodonte tanden (lange kroon en korte wortel) ter compensatie van de slijtage word tand langzaam richting de mondholte getrokken, dit noemen we eruptie. In makkelijke woorden uitgelegd groeien en ontwikkelen dus de tanden en kiezen van het paard door gedurende de hele levends periode. De eruptie en slijtage snelheid is 2 tot 5 mm per jaar. Doordat de boven kaak breder is als de onderkaak ontstaan er tijdens het maalproces scherpe punten en haken die de mond flink kunnen beschadigen.
Om te zorgen dat het paarden gebit in goede conditie blijft is het nodig om het paarden gebit te onderhouden.
![](http://paardentandartsmichelle.nl/wp-content/uploads/2021/06/snijtanden-1.jpeg)
Een paard hoeft niet persĂ© zichtbare “klachten” te hebben om hem te laten behandelen door een paarden tandarts. Wanneer er symptomen zijn is het probleem vaak al groter als we denken!
Enkele symptomen zijn:
- Traag eten / slechte eetlust waardoor de conditie van het paard achteruit gaat.
- Proppen in de stal vinden.
- Vieze geur uit de mond of neus .
- Slecht te rijden, aanleuning problemen eenzijdig of beiderzijds, onrustig met het hoofd, schudden met het hoofd, scheef gaan lopen, staken.
- karakter verandering op het moment dat het paard een hoofdstel aankrijgt.
- Eenzijdige neus uitvloeiing voor langere tijd.
- Slecht verteerde mest.
Hoe vaak een gebitscontrole?
![](http://paardentandartsmichelle.nl/wp-content/uploads/2021/06/jong-paard.jpeg)
Jonge paarden beginnen op een leeftijd van 2,5 tot 5 jaar met wisselen, in deze periode gebeurd er heel veel in de paarden mond, ook worden tanden en kiezen in deze periode sneller scherp. Mijn advies is om jonge paarden iets vaker na te laten kijken, bijvoorbeeld elk half jaar. Wat ook belangrijk is, is dat dit in ieder geval voor het eerst gebeurd voor het paard word ingereden, misschien heeft het paard (blinde) wolfstanden, dit kan pijnlijk zijn in combinatie met een bit en zo krijgt het paard een slechte eerste ervaring.
![](http://paardentandartsmichelle.nl/wp-content/uploads/2021/06/jody.jpeg)
bij volwassen paarden is over het algemeen een jaarlijkse controle voldoende, soms slijt het gebit niet gelijkmatig, en ongelijkheden worden alleen maar groter als hier niks aan word gedaan.
![](http://paardentandartsmichelle.nl/wp-content/uploads/2021/06/sjakie-1024x861.jpeg)
Bij oudere paarden ( vanaf een jaar of 20) zijn de tanden en kiezen vaak minder scherp maar kunnen er wel andere problemen optreden zoals kapotte of losse kiezen. Als deze paarden jaarlijks goed zijn onder houden is de kans groot dat het paard ook op deze leeftijd nog een heel net gebit heeft.
![](http://paardentandartsmichelle.nl/wp-content/uploads/2021/06/eEWtRey8.png)
Het resultaat van goede gebitsverzorging zal zich belonen door een betere spijsvertering en hierdoor lagere voerkosten, minder kans op koliek, een goede conditie met een mooie vacht, gezonde fokproducten, betere prestaties, kortom een gelukkiger paard.